Achtergrond
De afgelopen jaren heeft de Surinaamse onderwijsinspectie gewerkt aan de ontwikkeling en toepassing van een nieuw inspectiemodel dat in lijn is met internationale ontwikkelingen maar aangepast aan de Surinaamse context en mogelijkheden: de Schoolbrede Inspectie (SBI). Het doel is om de kwaliteitszorg en kwaliteitsbewaking binnen het Surinaams onderwijs te versterken en daartoe o.a. effectievere inspectiemodellen in te zetten.
Het traject vindt plaats binnen het samenwerkingsprogramma MINOWC-VVOB en met ondersteuning van de Vlaamse Onderwijsinspectie. De Vlaamse Inspecteur-generaal, Dhr. Lieven Viaene en coördinerend inspecteur Ludo De Lee zijn in het kader van deze samenwerking voor een week in Suriname. Dhr. Viaene geeft leiding aan een 180-tal onderwijsinspecteurs en rapporteert over de kwaliteit van het onderwijs aan de Vlaamse Minister van Onderwijs. Hij zal zowel scholen in Paramaribo als in het binnenland bezoeken om zich te oriënteren op het Surinaams onderwijs en het samenwerkings programma. Dhr. Ludo De Lee werkt met de Surinaamse collega’s aan verdere professionalisering.
Waarom Schoolbrede Inspectie?
Het klassieke inspectiemodel dat in Suriname nog overwegend gehanteerd wordt, is de individuele inspectie van leerkrachten. Onderzoek toont aan dat het beoordelen en begeleiden van individuele leerkrachten onvoldoende leidt tot kwaliteitsverbetering van een school. Structurele problemen moeten op schoolniveau worden aangepakt. Vandaar dat er internationaal effectievere inspectiemodellen ontwikkeld zijn, die de kwaliteit van het onderwijs op een school in haar totaliteit in kaart brengen. Het gaat om een integraal kwaliteitsonderzoek, dat zowel sterke als zwakke punten van de school in kaart brengt en daarmee een hefboom is voor verbetering van de onderwijskwaliteit op de school.
Hoe verloopt een Schoolbrede Inspectie?
Een Schoolbrede Inspectie bestaat uit 3 fasen: het vooronderzoek, het inspectiebezoek en de rapportage.Tijdens het vooronderzoek verzamelt het inspectieteam zoveel mogelijk informatie om het inspectiebezoek voor te bereiden. Het laat de inspectie toe om een inschatting te maken van de sterke en zwakke punten van de school die ze tijdens het inspectiebezoek grondiger zullen onderzoeken: de inspectiefocus. Daarna bezoekt het inspectieteam de school gedurende enkele dagen, waarin het kwaliteitsonderzoek plaatsvindt door klasseobservaties uit te voeren, documenten te analyseren en gesprekken te voeren met het onderwijspersoneel, leerlingen en ouders. Het inspectieteam onderzoekt verschillende kwaliteitsaspecten, analyseert de informatie en komt tot een gezamenlijk oordeel. Het instrument dat ze hierbij hanteren is het kwaliteitsprofiel van de school.
Tot slot bundelen de inspecteurs al hun bevindingen in het inspectieverslag. Ze brengen nog één keer een bezoek aan de school voor de bespreking van het verslag en toelichting op het kwaliteitsoordeel.
Waar staan we met de Schoolbrede Inspectie?
In een lange voorbereidingsfase zijn eerst de instrumenten voor de schoolbrede inspectie ontwikkeld en getoetst. In 2014 zijn de eerste pilots uitgevoerd op 4 scholen. Het model voor schoolbreed kwaliteitsonderzoek is hierbij in de schoolpraktijk toegepast. De inspecteurs hebben het volledig proces van voorbereiding tot verslaggeving van een SBI doorlopen en zijn daarin op verschillende momenten getraind en begeleid door Vlaamse collega-inspecteurs. In 2015 hebben inspectieteams verdere ervaring opgedaan en is op een 8-tal scholen een SBI uitgevoerd. De inspectie evalueert intern maar ook mét de scholen, zodat er samen geleerd kan worden en waar nodig bijgesteld. De eerste ervaringen en resultaten zijn positief. De samenwerking in de inspectieteams is sterk en het enthousiasme om ermee verder te gaan, is groot. Ook de scholen stellen zich positief en open op.
Hoe verder?
Het “nieuwe inspectiemodel” van schoolbreed kwaliteitsonderzoek zal naast de bestaande inspectiemodellen ingezet worden. De Individuele inspecties van leerkrachten/schoolleiders blijven gehanteerd in situaties waar dit aangewezen of noodzakelijk is.
Het Schoolbrede Inspectiemodel wordt formeel vastgelegd door het MINOWC. De minister gaf hiervoor groen licht. Er zal ook verder ingezet worden op een brede communicatie naar de scholen, stakeholders en de gemeenschap.
