Het LBO is voor veel jongeren een bewuste keus om van hun passie hun beroep te maken. Vele leerkrachten realiseren zich dat. Ze zetten zich elke dag in om hun leerlingen het beste onderwijs te doen genieten. We laten graag enthousiaste rolmodellen aan het woord. In dit artikel leest u over Ismaël Kranthoven, leerling in het tweede jaar van het LBO. Ismaël is binnenkort op tv te zien in een informatiespotje over het LBO.
Ik ben Ismaël Kranthoven; 13 jaar en de oudste van 3 kinderen. Twee jaar geleden ben ik gestart op het LBO en ik ben steeds overgegaan. Ik had sinds de lagere school interesse voor de richting scheepvaart. Ik zag op tv hoe het laden en lossen van containers geschiedde. Mijn familie stond helemaal achter mijn keus voor het LBO. Mijn vader heeft namelijk voor me geïnformeerd hoe ik in de scheepvaart aan de slag kan. Hij vond uit dat er een scheepvaartschool is waar ik terecht zou kunnen. Om daar ingeschreven te worden moet je je wel eerst scholen in de techniek. Juist mijn vrienden stonden niet achter mijn keus. Ze vonden dat ik naar het MULO moest, omdat ik volgens hen te knap was voor het LBO. Ik merk juist elke dag dat het LBO niet eenvoudig is. Net als op het MULO wordt er veel van je gevraagd; alleen ligt de focus op algemene én praktijkvakken. In mijn eerste jaar op het LBO heb ik zoveel nieuwe dingen geleerd. Het eerste jaar is een oriëntatiejaar, waarbij je kennis maakt met verschillende studierichtingen. Wat me is bijgebleven zijn de lessen GaWaSa, waar je leert over gas-, water- en sanitaire installaties. Ook de studierichting Elektrotechniek sprak me aan. Ik koos uiteindelijk voor de studierichting Werktuigbouwkunde en ik ben blij dat ik daarbij ook een deel Elektrotechniek krijg. Ik heb nu nog enkele jaren te gaan op het LBO.
Een dag uit het leven van Ismaël
Op een gemiddelde schooldag sta ik om 5 uur ’s morgens op. Als ik gebaad en ontbeten heb, help ik mijn moeder door spullen voor het bad van mijn zusje van 11 maanden klaar te leggen. Ik beleg mijn broden en pak vervolgens mijn tas in. We hebben 2 honden en een papegaai die in de ochtend om de beurt door mij of door mijn broertje van 10 jaar worden verzorgd. Om half 7 vertrek ik met de lijnbus naar school. Ik hoef gelukkig maar 1 bus te pakken en het is makkelijk een bus te vinden. Rond 7 uur kom ik aan op school. Meestal babbel ik dan een beetje met mijn klasgenoten. Ik ben enkele maanden ook klassenoudste geweest, dan heb je meer verantwoordelijkheden. Je probeert klasgenoten ook te stimuleren hun best te doen. Als we rep hebben bijvoorbeeld, vraag ik mijn medeleerlingen of ze gestudeerd hebben. Om half 8 vangen de lessen aan. Op onze school zijn er aparte praktijkdagen. Wij hadden bijvoorbeeld op maandag praktijk. Tijdens zo’n les geeft de leerkracht een opdracht om uit te voeren, bijvoorbeeld een onderwerp natekenen en dan verven. Tijdens praktijklessen is het dragen van een ketelpak verplicht. We hebben ook algemene vakken. Het vak dat ik het afgelopen jaar het leukst vond was Nederlands. De juf legde goed uit en gaf extra oefeningen die je hielpen om de stof beter te begrijpen. Het lastigst vond ik Engels. Dat lag aan het feit dat de klas druk was tijdens de les, waardoor ik de juf moeilijker kon volgen. Net voor de rep vragen de andere kinderen wel hulp bij elkaar, terwijl ze daarvoor niet hebben opgelet. We werken wel goed, maar de klas is soms erg druk. Er zitten in onze klas weinig meisjes. Om tien over 1 is de school uit en ga ik naar huis. Dan is het rusttijd: douchen, eten en slapen. Om 5 uur in de middag begin ik meestal met mijn huiswerk of met studeren voor een repetitie. De dieren krijgen dan ook weer wat te eten. Door de week ga ik tegen 9 uur ’s avonds naar bed. Op zaterdag ga ik meestal basketballen. Ik zwem en voetbal ook graag.
Ik heb straks vakantie. Ik help dan met het erf schoonmaken en koken, witte bonen bijvoorbeeld. Ik heb dan tijd voor tv en android games. Ook breng ik tijd door met vrienden in buurt. We gaan vliegeren op het voetbalveld in de buurt. Ik ben binnenkort te zien in het eerste informatiespotje over het LBO. Ik vond het leuk en belangrijk om hieraan mee te werken, omdat ik vind dat jongeren meer weet moeten hebben van het LBO. Dan bedoel ik niet alleen jongeren van de lagere school, maar ook van andere scholen als het MULO.
Mijn boodschap voor nieuwe LBO-leerlingen die in oktober zullen starten is: ‘Zet je in! Als je goed oplet in de klas, begrijp je de onderwerpen snel. Kijk minder naar anderen dat brengt je niet vooruit.’
Meer weten over het Lager Beroepsonderwijs?
Neem contact op met het Bureau Lager Beroepsonderwijs van het Onderdirectoraat Beroepsgericht Onderwijs – MINOWC.
Passiebloemstraat 1-2 te Zorg en Hoop - Telefoon: (597)400715 / (597)402400 Email:bureaulagerberoepsonderwijs@outlook.com
Het Lager Beroepsonderwijs: voor leerlingen die van hun passie hun beroep willen maken hun beroep willen maken.
